In het kader van het programma ‘Naar een duurzame haven Lauwersoog’ heeft de Havencoalitie unaniem besloten om te gaan werken aan het maken en uitvoeren van een Masterplan Donkerte. De gemeente Het Hogeland, de provincie Groningen en de Rijksuniversiteit Groningen willen gaan samenwerken met de ondernemers in de haven om tot een flinke lichtreductie te komen. Dit levert, zeker in de huidige tijd van hoge energiekosten, ook nog een flinke kostenbesparing op. Het project heeft als bijkomend voordeel dat het Dark Sky Park Lauwersmeer, dat direct naast de haven ligt, een stuk donkerder wordt.
Om de huidige situatie in beeld te krijgen, hebben Piet Zijlstra van PolyCiviel en André ter Velde van CLAFIS Ingenieus, alle in het havengebied voorkomende verlichting bekeken en beoordeeld. Dit werd gefinancierd door de RUG en de provincie Groningen. Daarnaast heeft Piet in drie nachtsessies beeldmateriaal verzameld om nog beter in beeld te brengen wat we zien of liever niet zien. Dit heeft geleid tot een rapport met adviezen om de lichtuitstoot te reduceren. Het gaat hier om vijf categorieën: openbare verlichting langs wegen, terreinverlichting, scheepsverlichting, steigerverlichting en gebouwenverlichting.
In de Klimaatweek van 28 oktober tot 6 november vragen wij graag aandacht voor de bomengroeiplaats vanuit de Klimaatproeftuin bij BuildinG/KC Noorderruimte.
Immers bomen zijn ontzettend belangrijk om het klimaat een beetje leefbaar te houden.
Zonder bomen geen leven.
Een boom haalt CO2 uit de lucht.
Een boom produceert zuurstof.
Een boom zorgt voor verkoeling.
Een boom zorgt voor bodemleven.
Een boom biedt plek aan vogels en insecten.
Bomen zorgen voor een aangename plek om te vertoeven.
Het wateropvangsysteem dat sinds 2021 in de proeftuin door Building/Hanzehogeschool getest wordt blijkt succesvol. De bomen die de komende periode op de Grote Markt in Groningen geplaatst worden krijgen ook hulp van dit systeem. Piet Zijlstra, eigenaar Polyciviel, vertelt hoe dit wateropvangsysteem werkt en wat het oplevert voor de bomen. Zo kunnen wij met recht weer zeggen: “Boompje groot, plantertje dood” . Wij kijken naar O2 gehalte, vochtpercentage op verschillende hoogtes, bladbezetting, groei, scheutlengte en andere factoren d.m.v. verschillende sensoren.
The water collection system that has been tested by Building/Hanze University of Applied Sciences in the living lab since 2021 has proven to be successful. The trees that will be placed on the Grote Markt in Groningen in the coming period will also receive help from this system. Piet Zijlstra, owner of Polyciviel, explains how this water collection system works and what it provides for the trees.
Met dank aan Campus TV en het team van Oog TV voor het realiseren van het filmverslag.
Veel mensen hebben weer hun bijdrage geleverd. Studenten hebben onderzoek gedaan en hebben meegewerkt aan verschillende innovaties. Momenteel hebben wij twee afstudeerders aan de slag en er zijn mogelijkheden voor meerdere 2e jaars stages en afstudeerders in de periode februari – juli 2022. Leveranciers en aannemers hebben hun steentje letterlijk bijgedragen, zowel in Kind als onderzoek gefaciliteerd. Zo is De Stormharvester gerealiseerd, PlasticRoad aangebracht, Treetank in drievoud aangebracht met sensortechniek, Solidrain is in de vorm van een onderhoudspad naast de Hyperloop aangelegd, en natuurlijk is er de doorlopende monitoring van eerder aangebrachte systemen.
Uitgelicht
Wij hebben niemand minder dan onze Commissaris van de Koning René Paas op bezoek gehad en zijn onderdeel van de cursus Klimaatadaptatie die georganiseerd wordt door HanzePro.
Helaas hebben wij, net als u, beperkingen ondervonden van de noodzakelijke maatregelen rond Corona maar zowel Online meetings als rondleidingen en cursussen met inachtneming van de regels hebben ons voldoende mogelijkheden geboden om een flinke slag te maken.
Onderzoek
Wij zijn onderdeel van twee landelijke grote onderzoeken samen met de Hanzehogeschool o.l.v. Lector Floris Boogaard :
Groenblauwe oplossingen Kansen en Risico’s
Op meer dan vijftig locaties en in twee proeftuinen (samen met onze zus De Waterstraat/ Green Village in Delft) onderzoeken we het hydraulisch en milieutechnisch (lange termijn) functioneren. De nationale data omtrent het fysieke functioneren van groenblauwe maatregelen wordt met het werkveld vertaald naar praktische richtlijnen.
De Waterbergende weg
Het project heeft als doel gemeentelijke professionals te ondersteunen in hun keuze voor de waterbergende weg. Het biedt de kennis die nodig is om per situatie kansen en knelpunten te beoordelen en deze om te zetten in concrete eisen voor ontwerp en implementatie van de waterbergende weg. Hiermee kunnen zij bij herinrichting (vervanging/energietransitie) van wegen problemen met wateroverlast, droogte en hitte beperken.
Regio Groningen Assen en IONN Innovatieprijs
De Regio Groningen Assen steunt ons met een bijdrage voor onderzoek en doorontwikkeling van The Story Between Dikes met diverse innovaties daaromheen. Daarnaast mocht BuildinG op 30 november de IONN Innovatieprijs 2021 in ontvangst nemen! Infra Ondersteuning Noord-Nederland wil nieuwe initiatieven en innovatie binnen de infrabranche aanjagen, en de samenwerking tussen bedrijfsleven en onderwijs stimuleren.
Wij hebben tot en met de 24e december hard doorgewerkt om een en ander voor de vorst invalt gereed te hebben voor monitoring en onderzoek van de laatste innovatie. Deze licht ik er nog even uit: Een heuse groeiplaats voor bomen. Niet zomaar een groeiplaats. Zoals u waarschijnlijk weet is de Gemeente Groningen bezig met het ontwerp van de nieuwe Grote Markt, aanpassen van het Damsterplein, vernieuwen Stationsplein, aanleg warmtenet en in verschillende wijken zijn er projecten met klimaatadaptieve oplossingen zoals de West-Indische buurt.
Bomengroeiplaatsen “Kleintje Grote markt”
Voor de Grote Markt en het Damsterplein wordt onderzocht welk systeem toegepast gaat worden voor groeiplaatsen van bomen. Wij zijn betrokken bij vooronderzoek samen met Henk Langeveld en Jan Rolf ten Hove van Gemeente Groningen, Erwin van Herwijnen van TGS Solutions, Wouter van Groen van Stedelijk Groen, Ruben Deddens van SEC groep Groningen en Mitchell de Jong van Sensoty. In onze Klimaatproeftuin hebben wij de beoogde groeiplaats aangelegd en wordt de ontwikkeling van, in dit geval een Iep Resista® ( samen met de drie iepen in de treetanks beschikbaar gesteld door Noordplant Kwekerijen uit Glimmen), nauwkeurig gevolgd door middel van sensortechniek. Wij monitoren o.a. het vochtgehalte op verschillende hoogtes, Zuurstofgehalte, Bodemtemperatuur, Diëlektriciteit, Geleidbaarheid en Zoutgehalte.
Waarom nu een bijzondere aandacht voor een bomengroeiplaats?
Tijdens mijn opleiding civiele techniek was het motto “Boompje groot, plantertje dood”.
De Latijnse namen van bomen werden er ingestampt, zoals een Quercus Robur, Fraxinus Excelsior, Alnus incana, Quercus Petraea. Zo ook bladherkenning enz. Daar hield het ook ongeveer op.
Tegenwoordig overleeft het plantertje helaas veel te vaak het boompje.
Allerlei oorzaken zijn daarvoor aan te wijzen: Een goed ontwikkelende boom heeft een enorm wortelgestel onder maaiveld, vergelijk het maar met het topje van de ijsberg dat boven water uitsteekt en wat er onder water zit.
De grond waar de boom in geplant is, de aandacht voor een ruime maatvoering, beschadigingen door aanleg kabels- en leidingen (nu ook warmtenetten),chemische verontreiniging van ondergrond, lange perioden van droogte en hevige wateroverlast door klimaatverandering zijn allemaal van invloed op de ontwikkelingen van groen en bomen in het bijzonder.
Daar waar een boom eigenlijk 100 tot 150 jaar moet kunnen overleven zien wij vaak 20 jaar al als bijzonder. Dat moet toch beter kunnen? Mee gelet op de CO2 opname van bomen wil je ze goed laten gedijen en ontwikkelen tot een oudje. Van alle planten vangt de boom verreweg het meeste CO2 op. Met meer bomen komt er dus minder CO2 in de lucht. Dat helpt tegen klimaatverandering.
Daarnaast zijn bomen ook goed voor je woonklimaat. In een straat met bomen wordt het minder snel te heet. Bomen houden de temperatuur stabiel door vocht in de lucht te brengen. Met hun wortels houden ze grond en water vast, zodat je minder kans hebt op wateroverlast. Ook voor insecten, vogels en andere dieren zijn bomen fijn.
Nu ben ik helemaal geen bomendeskundige, in tegendeel, maar mijn liefde voor de natuur is er wel en als ik de technologie volg die gebruikt is voor deze unieke groeiplaats wordt ik er helemaal warm van. Ik wens de bomen in de Klimaatproeftuin dan ook een lang leven.
In beeld een paar foto’s van de aanleg van “Kleintje Grote markt”:
Iedereen die meegewerkt, gedacht en onderzocht heeft aan de Klimaatproeftuin dit jaar enorm bedankt voor alles!
Voor nu een Goede Jaarwisseling gewenst en een Groen, Gezond en Gelukkig 2022
Asfalt dat CO2 opeet, hoe werkt dat? Piet Zijlstra, eigenaar van het bedrijf PolyCiviel op Zernike Campus, legt uit aan CampusTV hoe dit bijzondere asfalt helpt om CO2 uit de lucht te halen, bij de weg op Zernike die onlangs is geasfalteerd met dit materiaal. Samen met bedrijven uit de regio en diverse studenten heeft hij dit asfalt ontwikkeld.
Asphalt that ‘eats’ CO2, how does it work? Piet Zijlstra, owner of the company PolyCiviel on Zernike Campus, explains how this innovative asphalt helps to filter CO2 from the air, at the road on Zernike that has been layed with this special material. Video in Dutch.
Eerste weg in Nederland voorzien van CO2etend asfalt
Atmosferische CO2 reageert van nature met sommige gesteentesoorten, met name ultramafische stollingsgesteenten.
Ultramafische stollingsgesteenten zijn samengesteld uit silicaatmineralen zoals olivijn die rijk zijn aan tweewaardige metaalkationen zoals Mg en Ca (bijv. Oelkers et al., 2008)
Twaalf jaar geleden raakte ik in gesprek met Professor Olaf Schuiling die jarenlang de eigenschappen van olivijn onderzocht.
Zo heb ik vele malen met professor Schuiling zitten brainstormen, toen nog in zijn kantoor op de Universiteit in Utrecht. Over de toepassing van olivijn in wegenbouwprojecten als betonstraatstenen, oppervlakbehandelingen, asfalt en zelfs in een andere vorm over toepassing als blusmiddel voor bosbranden met mijn brandweerachtergrond. Later kwamen daar de vele gesprekken bij met Pol Knops en Eddy Wijnker die zich eveneens al vele jaren bezighouden met deze materie. Ook met hen veel gesproken over de toepassingen en ik heb veel steun van hen gehad.
In 2017 publiceerde Schuiling een fascinerend boekje met de titel “De Steen der wijzen” waarin hij zijn eigen studies bundelde naar de schijnbaar onuitputtelijke mogelijkheden van olivijn om onze overproductie aan CO2 te bufferen. Schuiling pleit er onder andere voor olivijn te verwerken in alles wat we verslepen, bouwen en omploegen.
Het uitstrooien van olivijn langs bermen en op schouwpaden was niet moeilijk te realiseren. Maar hoe verwerk je het in oppervlakbehandelingen en asfalt waarbij de civieltechnische eisen natuurlijk een cruciale rol spelen?
Op de klimaatproeftuin In Groningen deden wij onderzoek samen met studenten van de Hanzehogeschool Institute of Future Environments.
Na vier jaar onderzoek en experimenteren samen met Asfalt Productie Westerbroek en diverse labonderzoeken in eigen beheer van PolyCiviel hebben wij na pilots met oppervlakbehandelingen in 2018 en 2019 dan ook de eerste weg in Nederland in 2020 voorzien van CO2 etend asfalt. Het asfalt noemen wij Polyvijn®SMA NL8 en is gecertificeerd en gepatenteerd.
De samenstelling is een uitgekiende balans van toeslagmaterialen en groene additieven.
De weg van 60 meter ligt, hoe kan het anders, op de Klimaatproeftuin in Groningen bij BuildinG. Dit is nog een samenwerking geweest met Ohpen Ingenieurs en Oosterhof-Holman.
Bij deze toepassing ruimen wij ca. 20 ton CO2 op.
Uiteraard is het streven om zoveel mogelijk uitstoot van CO2 te voorkomen het eerste uitgangspunt maar als je toch wegen(onderhoud) nodig hebt waarom dan niet gelijk dit voordeel meenemen?
Daarnaast wordt in de wegenbouw steeds meer gedaan door lagere temperatuur asfalt, elektrisch transport, asfaltverwerking met elektrisch aangedreven asfaltafwerkmachine ’s en walsen etc.
Achtergrond
Eén vijfde deel van de CO2 uitstoot in Nederland wordt veroorzaakt door verkeer. In veel gemeenten is dat aandeel veel groter. In 166 gemeenten is verkeer de grootste bron van CO2-uitstoot.
Hoogste aandeel verkeer in CO2-uitstoot in landelijke gemeenten
In landelijke gemeenten blijkt de uitstoot van CO2 door verkeer het grootst. Dat is op zich niet verwonderlijk, omdat verplaatsingen langer zijn en er minder vervoersalternatieven zijn. De CO2-emissie per inwoner door verkeer is in landelijke gemeenten meer dan tweemaal zo groot als in grote steden:
Het CROW raad gemeenten aan om te onderzoeken hoe mobiliteit onderdeel kan worden van klimaat- en energiebeleid. En om klimaatdoelstellingen op te nemen in verkeersplannen. Dat gebeurt nog te weinig, ook in gemeenten die CO2-neutraal willen zijn. Door toepassen van CO2 bindende (micro)deklagen en/of oppervlaktebehandelingen met olivijn zal de automobilist direct bijdragen aan het verminderen van de uitstoot door contact van banden en wegdek. Actie=reactie.
Hoe werkt dit?
Carbonisatie van mineralen is de eigenschap dat basische mineralen reageren met CO2 (en dus carbonaten vormen). Dit is de grootste natuurlijke CO2 binder op deze aarde, jaarlijks goed voor meer dan 2,4 MegaTon. En dal al gedurende miljoenen jaren!
Het is dan ook een definitieve CO2 opruiming, zonder enig gevaar dat het CO2 weer vrijkomt.
Het is in feite een chemische reactie tussen een zuur (CO2 = koolzuur) en een basisch gesteente. Deze reactie treedt langs het oppervlak van de steen op.
Olivijn (duniet) is bij uitstek het mineraal met de meeste potentie voor CO2 binding. Dit met name vanwege de hoeveelheid gebonden CO2 per kilogram product.
Door onttrekking van de CO2 uit het water stopt de verzuring en wordt het water basisch!!
Het regenwater, dat op de weg valt, is enigszins zuur door het CO2. Dit zure water reageert met het Olivijn. Hierdoor wordt de CO2 “geneutraliseerd”:
1 kg Olivijn onttrekt ca. 1,25 kg CO2
De natuur zorgt altijd voor evenwicht. Na de reactie blijft CO2 -arm water over, hetgeen CO2 uit de lucht onttrekt en op deze wijze bijdraagt aan een lager CO2 gehalte in de lucht.
Hiermee kunnen we rekenen aan compensatie van uitstoot van fossiele brandstoffen maar omdat we steeds meer elektrisch verkeer zien praten wij zelfs over negatieve emissie. Over het algemeen zijn Ev auto’s zwaarder en zorgen daarmee voor nog meer bandencontact/wrijving en daarmee zelfs voor versnelde verwering van het olivijn in de weg.
We monitoren hoe snel het Olivijn reageert. De normale reactie zal versneld worden doordat de auto’s zorgen voor wegslijtage.
De snelheid van de normale Olivijn reactie is vanuit de literatuur bekend. Door het meten van de slijtage van de weg kun je vaststellen hoeveel sneller de verwering is door de invloed van de auto’s. De natuurlijke verwering is circa 1 µm per jaar op schouwpaden en in bermen, er wordt verwacht dat dit een factor 20 tot 50 sneller gaat door de invloed van de auto’s op de weg.
Fijnstof en gezondheid
Een tweede voordeel is dat het afgesleten fijnstof enerzijds snel reageert (de verwering van het fijne materiaal gaat natuurlijk sneller) en anderzijds minder problemen van fijnstof zal geven.
De afgesleten fijnstofdeeltjes hebben relatief veel oppervlakte, zodat deze veel sneller reageren dan het aangebrachte materiaal.
Daarnaast is Olivijn een toegelaten straalmiddel (in tegenstelling tot kwarts) omdat het niet kristallijn is.
Dus vanuit gezondheidsoverwegingen kun je zonder meer stellen dat het door Olivijn geproduceerde fijnstof gezonder (en korter aanwezig is) dan het fijnstof van de kwartsachtige mineralen die doorgaans op wegen in deklagen en voor slijtlagen worden gebruikt.
De restproducten van de CO2 vastlegging zijn magnesiumcarbonaat en siliciumoxide. Dit zijn meststoffen die in de berm spoelen en hier door de planten opgenomen worden als meststof.
Dit sluit goed aan bij de bloemenmengsels in bermen en akkerranden ter bevordering van de stand van bijen en vlinders.
Niemand minder dan de Deltacommissaris Peter Glas en wethouder Glimina Chakor lieten zich informeren over de innovaties m.b.t. klimaatadaptatie en -mitigatie. Van waterbergende, infiltrerende funderingen, lichtreflecterend asfalt en bestrating, co2-etend asfalt, energy-harvesting uit asfalt en cementloze bestrating tot circulaire openbare verlichting.